Europese middelen voor nieuw belevingscentrum op abijsite Ter Doest

Op de provincieraad van donderdag 27 februari 2025 kreeg gedeputeerde Kelly Detavenier een aantal vragen van raadslid Neyrinck (Groen) over de fietssnelweg F31 tussen Brugge en de Haven van Zeebrugge en over de ontsluiting van de abdijsite Ter Doest in Lissewege. Hieronder lees je het integrale antwoord van gedeputeerde Kelly Detavernier.

Collega Neirynck, 

U moet mij niet overtuigen van de meerwaarde van bijkomende fietsinfrastructuur in onze provincie. U weet dat de provincie hier heel hard werk van maakt, en voor mij is dit een TOP-prioriteit voor de komende legislatuur. 

Fietsinfrastructuur zorgt voor een vlotte en veiliger verbinding tussen verschillende punten van onze provincie, zowel voor woon-werk verkeer als recreatief verkeer. 

U weet natuurlijk ook dat dergelijke projecten heel wat werk vragen, niet alleen technisch (voor het uittekenen van deze dossiers), maar ook op vlak van verwerving van de nodige gronden. Wij proberen dit steeds in overleg met de eigenaars te doen, en zoeken een goede oplossing. 

De provincie neemt hier al jaren het initiatief en vormt de brug tussen Vlaanderen en de lokale besturen. Vlaanderen komt vanuit het Fietsfonds vaak tussen in de realisatie, maar ook daar blijken de middelen niet ontoereikend en moeten wij steeds de vinger aan de pols houden om te zorgen dat de middelen blijven komen naar West-Vlaanderen. En liefst nog meer dan in het verleden, want er zijn hier grote noden.

Wat zijn de volgende stappen om deze fietssnelweg te realiseren?

Wat zijn de struikelblokken momenteel en wat wordt er ingezet om dit aan te pakken?

Wat uw concrete vragen over de F31 tussen Brugge en Zeebrugge betreft, kan ik u meedelen dat ook daar stappen voorwaarts gezet worden. Net als in andere dossiers – kijkt u maar op de agenda van deze zitting, waar enkele andere belangrijke dossiers opstaan.

De eerstvolgende stap bij de realisatie van de F31 is de aanbesteding van de fietsbrug over de Kolvestraat in de komende maanden. De provincie hoopt eind dit jaar de werken daar te kunnen aanvatten. Met de fietsbrug wordt een gevaarlijke en zeer oncomfortabele fietsoversteek geëlimineerd.

Daarmee zal de fietssnelweg gerealiseerd zijn vanaf de R30 tot voorbij de Kolvestraat, en befietsbaar tot aan de Stationsweg ten zuiden van Lissewege (via de bestaande, verkeersluwe Lentestraat in ‘De Spie’). 

Voor het aansluitend stuk naar het dorp van Lissewege, met inbegrip van een tunnel onder de spoorlijn, is het de bedoeling om samen met de stad Brugge de projectnota nog dit voorjaar af te werken. Volgende stappen zijn dan de opmaak van een grondverwervingsplan en de technische studies ter voorbereiding van de omgevingsvergunning. Als alles vlot verloopt, moet een aanvang van de werken deze legislatuur mogelijk zijn. 

Tussen Lissewege en Zwankendamme is er al een vrijliggend fietspad: vanaf daar loopt de fietssnelweg via de boogbrug van Wulfsberge naar de westzijde van de N31, met een aftakking net voor de boogbrug richting Stationswijk. Voor die beide deelstukken worden ook in de loop van dit jaar de projectnota’s verwacht.

Een belangrijk struikelblok is nog de juridische betwisting omtrent de toekomstige bestemming van ‘De Spie’ (industrie of niet, voetbalstadion of niet) waar de provincie geen vat op heeft. Verder is het zo dat hoe dichter het tracé de haven van Zeebrugge nadert, hoe meer we moeten rekening houden met andere, ingrijpendere infrastructuurwerken die ook op stapel staan, zoals de sluiting van de overweg in Lissewege en de  aanleg van een alternatieve spooroversteek via tunnel, de omvorming van de N31 tot Vlaamse Hoofdweg, de aanleg van de nieuwe zeesluis en bijhorende wegenis, … Elk van die projecten apart heeft z’n eigen initiatiefnemer (Infrabel, Agentschap Wegen en Verkeer, het havenbestuur, de provincie, stad Brugge, …), telkens met eigen timings en budgetten, en die moeten samen worden gebracht tot één verhaal en een gecoördineerde uitvoering.

Wat is de stand van zaken ivm het onderzoeks-en bezoekerscentrum? 

Wordt dit project ook Europees betrokken in het netwerk van de cisterciënzerabdijen?

Worden er private mecenas aangesproken?

Uw andere vragen gaan eerder over de Abdijsite Ter Doest, wat een prachtige site is waar verleden en toekomst mekaar kunnen vinden. Nog los van de F31 die er langs kan passeren, moeten we hier zeker op inzetten – met alle partners die hierbij betrokken zijn. 

De dienst erfgoed heeft Europese middelen verkregen voor het ontwikkelen van een bezoekersbeleving op de site Ter Doest. Deze middelen werden toegekend binnen het Interreg programma Frankrijk Wallonië Vlaanderen voor het project Tourism Lab II. De opzet van het project is om het onzichtbare zichtbaar te maken door het creëren van een innovatieve (digitale) beleving. Het budget hiervoor bedraagt 400.000 euro waarvan 240.000 Europese middelen zijn, de rest wordt gedragen door het provinciebestuur. Het project bevindt zich momenteel in opstartfase en loopt tot eind juni 2028. 

Tijdens de opstartfase van het project worden verschillende onderzoeken bij elkaar gebracht om de inhoudelijke puzzel te leggen. We beschikken reeds over een geofysisch onderzoek van de site, dat wordt binnenkort aangevuld door een bouwhistorisch onderzoek. Daarnaast moeten we nog de inhoudelijke lacunes identificeren op vlak van archeologie en archief. Tot slot doen we in deze fase ook onderzoek naar de manier waarop we de site zullen ontsluiten. Hiervoor bekijken we de mogelijkheden van de plek, de technische mogelijkheden en inspirerende voorbeelden van andere gelijkaardige sites. Op basis hiervan ontwikkelen we een visie van wat we concreet willen realiseren en zal een bestek opgesteld worden om deze visie uit te werken tot een concreet ontwerp en realisatie. 

Momenteel is de site niet aangesloten in het Europees netwerk van cisterciënzerabdijen. Dit betekent niet dat we momenteel in een vacuüm werken. Er zijn op dit moment al nauwe contacten met andere cisterciënzersites in de omgeving zoals de Duinenabdij in Koksijde en het Grootseminarie in Brugge. 

De opportuniteit om aan te sluiten bij het netwerk van Cisteciënzerabdijen zal ongetwijfeld tijdens het verdere verloop van het project aan bod komen en zal dan geëvalueerd worden. 

De budgetten binnen het project Tourism Lab II zijn afkomstig van het provinciebestuur en Europa. De middelen voor het bouwhistorisch onderzoek zijn afkomstig van de kathedrale kerkfabriek en het Agentschap Onroerend Erfgoed.